Skip to content
Snippets Groups Projects
Commit 7e720cec authored by Meeuwsen, Henk's avatar Meeuwsen, Henk
Browse files

Update README.md

Heb wat tekstuele aanpassingen gedaan en wat spelfouten verbeterd. Concrete vragen en tekstsuggesties lever ik nog aan via Word (vond ik toch handiger).
parent bb9668bd
No related branches found
No related tags found
No related merge requests found
......@@ -2,14 +2,14 @@
*Aanleveren van scenariokaarten voor MNP kan lastig zijn. Volg de aanbevelingen in dit artikel om jouw scenario probleemloos door te rekenen met MNP.*
### Over MNP
In opdracht van het [PBL](https://www.pbl.nl/) heeft het team Biodiversiteit & Beleid (B&B) van Wageningen Environmental Research [WEnR](https://www.wur.nl/nl/Onderzoek-Resultaten/Onderzoeksinstituten/Environmental-Research.htm) het model MNP (Model for Nature Policy) ontwikkeld, met als doel evaluatie van het Nederlandse natuurbeleid. MNP modelleert het voorkomen van planten-, vogel- en vlindersoorten in het Nederlandse landschap en bepaalt of een soort daarin duurzaam kan voortbestaan. Het percentage duurzaam voorkomende soorten is een belangrijke uitkomst van MNP.
De invoerdata (input) van MNP bestaat uit kaarten en tabellen. De kaarten schetsen een beeld van de natuurlijke leefomgeving waarin de soorten kunnen voorkomen. De tabellen beschrijven de vereisten die de soorten stellen aan hun leefomgeving, zoals minimaal areaal.
De invoerdata (input) van MNP bestaat uit kaarten en tabellen. De kaarten schetsen een beeld van de natuurlijke leefomgeving waarin de soorten kunnen voorkomen. De tabellen beschrijven de vereisten die de soorten stellen aan hun leefomgeving, zoals minimum areaal, minimale en maximale pH of minimale en maximale GVG.
### Scenarios
Een scenario schetst een toekomstige staat van het land als gevolg van bepaalde beleidskeuzes. Bijvoorbeeld: er is veel nieuwe natuur aangelegd, of de N depositie is toegenomen. Scenarios worden doorgaans ontwikkeld binnen een project waarin WEnR samenwerkt met een derde partij. Bijvoorbeeld, in de Natuurverkenningen werkt WEnR samen met het PBL.
MNP kan scenarios evalueren door te berekenen hoezeer het duurzaam voorkomen van soorten veranderd tov de huidige situatie. Hiervoor is het wel belangrijk dat scenarios inwerken op de parameters waarmee MNP het duurzaam voorkomen van soorten bepaald; het scenario moet ingetekend worden op een of meer van de MNP inputkaarten.
MNP kan scenarios evalueren door te berekenen hoezeer het duurzaam voorkomen van soorten verschilt tov andere scenarioa's of de uitgangssituatie. Hiervoor is het wel belangrijk dat scenarios hun weerslag hebben op het landgebruik en/of de parameters waarmee MNP het duurzaam voorkomen van soorten bepaalt; het scenario moet ingetekend worden op een of meer van de MNP inputkaarten.
#### Kies de juiste kaarten
De inputkaarten van MNP zijn als volgt:
1. **Beheertypenkaart** Op deze kaart staat de verspreiding van verschillende beheertypen waarin de soorten kunnen voorkomen. Deze kaart wordt ook wel de *Neergeschaalde beheertypen-* of de *BT kaart* genoemd. In de technsiche documentatie wordt deze kaart omschreven als de *Landschsptypenkaart*.
1. **Beheertypenkaart** Op deze kaart staat de verspreiding van verschillende beheertypen waarin de soorten kunnen voorkomen. Deze kaart wordt ook wel de *Neergeschaalde beheertypen-* of de *BT kaart* genoemd. In de technische documentatie wordt deze kaart omschreven als de *Landschsptypenkaart*.
2. **GVG-kaart** Gemiddelde voorjaarsgrondwaterstand in cm beneden maaiveld
3. **N-depositie kaart** in mmol/ha
4. **pH-kaart**
......@@ -17,10 +17,10 @@ De inputkaarten van MNP zijn als volgt:
De Beheertypenkaart beschrijft de **biotische** omstandigheden, de overige kaarten beschrijven de **abiotische** omstandigheden.
Een scenario **moet** ingetekend worden op tenminste een van de inputkaarten. Kaarten die geen onderdeel zijn van het scenario blijven natuurlijk wel verreist om MNP te draaien. Hiervoor zijn standaardkaarten beschikbaar. Overleg met het WEnR MNP team hierover.
Een scenario **moet** zijn weerslag hebben op ten minste een van de inputkaarten. Kaarten die geen onderdeel zijn van het scenario blijven natuurlijk wel verreist om MNP te draaien. Hiervoor zijn standaardkaarten beschikbaar. Overleg met het WEnR MNP team hierover.
#### Zorg voor ruimtelijke consistentie tussen de kaarten
De kaarten **moeten** in ruimtelijke zin exact overeen komen, zodat de pixel in rij X kolom Y altijd correspondeert met dezelfde locatie.
De kaarten hoeven niet landsdekkend te zijn; er mag NoData in staan. Echter, enkel pixels waarvan alle kaarten een geldige waarde geven worden geanalyseerd door MNP. In de praktijk betekent dit dat overal waar een beheertype ligt, de GVG, pH, NDep en temperatuur gegeven **moeten** zijn. Let dus op als er nieuwe natuur wordt ingetekend; daar **moet** ook abiotiek gegeven worden. Als de scenariontwikkelaars zelf slechts de beheertypekaart aanpassen, verzoek dan het WEnR team om de abiotiek-kaarten uit breiden,
De kaarten hoeven niet landsdekkend te zijn; er mag NoData in staan. Echter, enkel pixels waarvan alle kaarten een geldige waarde geven worden geanalyseerd door MNP. In de praktijk betekent dit dat overal waar een beheertype ligt, de GVG, pH, NDep en temperatuur gegeven **moeten** zijn. Let dus op als er nieuwe natuur wordt ingetekend; daar **moet** ook abiotiek gegeven worden. Als de scenariontwikkelaars zelf slechts de beheertypekaart aanpassen, vraag dan het WEnR team naar de mogelijkheden die er zijn om de abiotiek-kaarten aan te passen.
#### Volg de tech-specs
Alle kaarten zijn [rasterdata](https://desktop.arcgis.com/en/arcmap/10.3/manage-data/raster-and-images/what-is-raster-data.htm). De kaarten **moeten** als volgt worden aangeleverd:
* Bestandsformaat is ESRI [*.flt](https://desktop.arcgis.com/en/arcmap/10.3/tools/conversion-toolbox/raster-to-float.htm) of ESRI [*.BIL](https://desktop.arcgis.com/en/arcmap/10.3/manage-data/raster-and-images/bil-format-example.htm). Let erop dat naast de *.bil en *.flt bestand ook een *.hdr bestand vereist is.
......@@ -36,7 +36,7 @@ Alle kaarten zijn [rasterdata](https://desktop.arcgis.com/en/arcmap/10.3/manage-
* rechts: 280.000
* boven: 625.000
Geef bestanden bij voorkeur een naam die de kaart duidelijk omschrijft: scenarionaam, kaarttype en maker. Voeg datum-tijdstip toe om opeenvolgende versies van een bestand te onderscheiden zijn. Een voorbeeld bestandsnaam kan zijn: `<scenarionaam>_<kaarttype>_<producent>_<datum><tijd>.flt`: *scenarioA_BT_PBL_202004151201.flt*. Voor aanvullende details over de inputdata, raadpleeg Jochem (2016) [1].
Geef bestanden bij voorkeur een naam die de kaart duidelijk omschrijft: scenarionaam, kaarttype en maker. Voeg datum-tijdstip toe om opeenvolgende versies van een bestand te onderscheiden. Een voorbeeld bestandsnaam kan zijn: `<scenarionaam>_<kaarttype>_<producent>_<datum><tijd>.flt`: *scenarioA_BT_PBL_202004151201.flt*. Voor aanvullende details over de inputdata, raadpleeg Jochem (2016) [1].
#### Zonder Metadata geen data
Elke scenariokaart **moet** vergezeld gaan van metadata waarin wordt beschreven:
* bestandsnamen van de kaart
......@@ -48,7 +48,7 @@ Elke scenariokaart **moet** vergezeld gaan van metadata waarin wordt beschreven:
* contactgegevens
#### Respecteer abiotische wetmatigheden
Bij voorkeur geven de kaarten tezamen een realistisch en plausibel beeld geven van de standplaats. Dat betekent bijvoorbeeld dat een moerasachtige vegetatie in de beheertypenkaart weerspiegelt wordt met een lage waarde in de GVG kaart. Als dit soort abiotische-wetmatigheden geschonden worden kan MNP nog steeds draaien, maar zal het model constateren dat deze plekken geen geschikte leefgebieden zijn.
Bij voorkeur geven de kaarten tezamen een realistisch en plausibel beeld geven van de standplaats. Dat betekent bijvoorbeeld dat een moerasachtige vegetatie in de beheertypenkaart weerspiegelt wordt met een lage waarde in de GVG kaart. MNP controleert niet of dit soort abiotische wetmatigheden worden gerespecteerd, maar zal als uitkomst hebben dat dit soort plekken geen geschikte leefgebieden zijn voor de soorten waar het waarschijnlijk om te doen was.
#### Gebruik de juiste bouwstenen voor de beheertypenkaart
Verschillende categorisaties zijn mogelijk om natuur in Nederland te beschrijven; van simpel (bos, heide, moeras, gras) tot complex (e.g. de plantengemeenschappen van de 'Vegetatie van Nederland'). MNP hanteert momenteel de '[Index Natuur en Landschap](https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/)', met daarin:
* [Natuurtypen](https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/#onderdeel-natuurtypen) (N-typen)
......@@ -56,9 +56,9 @@ Verschillende categorisaties zijn mogelijk om natuur in Nederland te beschrijven
* [Agrarische natuurtypen](https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/#onderdeel-agrarische-natuurtypen) (A-typen)
N-, -L en A- typen worden gezamenlijk aangeduid als: '*beheertypen*'. Beheertypen worden geidentificeerd met een alfanumerieke code en een naam, bijvoorbeeld [`N03.01 Beek en Bron`](https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/natuurtypen/n03-beken-en-bronnen/n03-01-beek-en-bron/).
Sommige beheertypen zijn door WEnR te grof bevonden om met zekerheid te koppelen aan de soorten. Deze zijn daarom verfijnd (ook wel: *neerschaling*) tot meerdere subtypes (ook wel: *neergeschaalde types*). Neergeschaalde beheertypen zijn te herkennen aan twee extra cijfers groter dan 0 in de code. Bijvoorbeeld `N05.01.10 Hoogveenbos` en `N05.01.05 Veenmosrietland` zijn een neerschalingen van [`N05.01 Moeras`](https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/natuurtypen/n05-moerassen/n05-01-moeras/). Voor consistentie in de codering worden originele beheertypencodes aangevuld met twee nullen. Bijvoorbeeld `N03.01 Beek en Bron` wordt genoteerd als `N03.01.00 Beek en Bron`. Tenslotte heeft WEnR de beheertypen aangevuld met W-typen naar eigen ontwerp. Tabel 2 onderaan dit artikel geeft een volledig overzicht.
Sommige beheertypen zijn door WEnR te grof bevonden om op een betrouwbare manier soorten aan te koppelen. Deze zijn daarom verfijnd (ook wel: *neergeschaald*) tot meerdere subtypen (ook wel: *neergeschaalde typen*). Neergeschaalde beheertypen zijn te herkennen aan twee extra cijfers groter dan 0 in de code. Bijvoorbeeld `N05.01.10 Hoogveenbos` en `N05.01.05 Veenmosrietland` zijn een neerschalingen van [`N05.01 Moeras`](https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/index-natuur-en-landschap/natuurtypen/n05-moerassen/n05-01-moeras/). Voor consistentie in de codering worden originele beheertypencodes aangevuld met twee nullen. Bijvoorbeeld `N03.01 Beek en Bron` wordt genoteerd als `N03.01.00 Beek en Bron`. Tenslotte heeft WEnR de beheertypen aangevuld met W-typen naar eigen ontwerp. Tabel 2 onderaan dit artikel geeft een volledig overzicht.
Bij het samenstellen van de Beheertypenkaart voor een scenario **moet** de categorisatie van de neergeschaalde beheertypen worden gebruikt. Beheertypen **mogen** achterwege blijven, maar **mogen niet** samenvoegd of opgedeeld. Beheertypen mogen **wel** hernoemd worden middels een alias.
Bij het samenstellen van de Beheertypenkaart voor een scenario **moet** de categorisatie van de neergeschaalde beheertypen worden gebruikt. Beheertypen **mogen** achterwege blijven, maar **mogen niet** worden samenvoegd of opgedeeld. Beheertypen mogen **wel** hernoemd worden middels een alias.
Mits in overleg met WEnR **mag** een nieuw Beheertype worden gedefinieerd. De draagkracht van het nieuwe type ten opzichte van alle soorten in MNP zal moeten worden bepaald door de verschillende soort-experts binnen WEnR. Hiervoor **moet** ruimte zijn in de projectbegroting.
......
0% Loading or .
You are about to add 0 people to the discussion. Proceed with caution.
Finish editing this message first!
Please register or to comment